Ben ik wel een echte?

De zin van de week: “Dán ben je ondernemer.” Ik heb nu een paar keer gehoord dat het anders had gemoeten. Dat ik dan meer geld had kunnen verdienen. Dat maakt de echte ondernemer blijkbaar, in de ogen van velen. Ik heb de neiging om te zeggen: dan maar geen echte.

Voorbeeld

Een potentiële klant wilde drie bouwkavels ontwikkelen op zijn perceel. Hij had mij uitgekozen om dat traject te begeleiden, en da’s fijn. Mij oriënterend voorafgaand aan het offertegesprek viel me de grote LPG-cirkel op van het naastgelegen tankstation. Alarmbellen. Je ziet van mijlenver aankomen dat dat een belemmering wordt. Dus ik heb gezegd dat ik allereerst dat even zou onderzoeken, voordat er veel tijd en energie en geld in het project gestoken ging worden. Mijn ingeving bleek helder. De belemmering is op dit moment te groot. Het project gaat voor onbepaalde tijd in de vriezer.

Geld verdienen

Nu kún je zeggen: meneer, ik ga de haalbaarheid van uw plannetje voor u onderzoeken. Je zet alle ins en outs op een rij in een mooi rapportje, plaatjes erbij, the works, om tot de slotsom te komen dat die LPG-cirkel toch wel heel erg vervelend is. Die werkwijze had mij een paar honderd euro opgeleverd. En de klant was een paar honderd euro kwijt geweest. Voor niks. Dat kan toch wel ooit gebeuren natuurlijk, maar als het zo klip en klaar is vind ik niet dat ik dat kan maken. Maar sommigen vinden dus van wel. Het leverde mij de eerste zin van dit stukje op.

Een ondernemer heeft in de ogen van de goegemeente bepaalde kenmerken, en een ervan is blijkbaar dat hij alles zal doen om geld te verdienen. Da’s lekker, ben je net af van de vooroordelerige praat over ambtenaren, krijg je dit.

Ben ik een echte ondernemer? Ik weet het niet. Ik denk dat ik me in ieder geval wel een goede adviseur heb getoond in dit geval. Met oog voor de klant. What goes around comes around, dus ergens zal het me heus nog wel eens iets opleveren.